donderdag 13 mei 2010

Moleskin

De laatste slaapzak ligt schoongewassen in de kast en de tent weer op zolder. Maar nu, nu alle kampeerspullen weer zijn opgeborgen, is het dus definitief – mijn Moleskin is weg. En mijn deceptie groot.

Afgelopen week hebben wij gekampeerd op Camping De Vrolijk in Laren. Twee jaar geleden deden wij dit ook met onze trouwe kampeergenoten F & J en hun drie kinderen. Met twee grote de Waardtenten en twee kleine tentjes slaan wij al jaren samen, zo’n twee keer per jaar, ergens een kampement op waar je u tegen zegt. Van al onze belevenissen maakt uitgeverij De Bezige Wij, bestaande uit ondergetekende en Mevrouw Penselenvreugd alias F, een, al zeg ik het zelf, geweldig mooi reisverslag. De tekst doe ik en F maakt met foto’s, aquarellen en het betere knip- en plakwerk hier een boekje van waar wij voor intimi zo’n twintig exemplaren van laten drukken.
Ook van deze vrolijke meivakantie zou ik een verslag maken. Nou zit een deel van het plezier van dit schrijven ook in de schoonheid van het boekje waar ik dat in eerste instantie, ter plekke, elke dag met potlood in opschrijf. Moleskins zijn mijn favoriet, met zo nu en dan ter afwisseling een van het merk Paperblancs. Zo’n Moleskin heeft mooi glad en niet helemaal wit papier, fijne zachtgrijze lijntjes en afgeronde hoeken. Ik bestel altijd die met halfzachte kaft en tot mijn vreugde hebben ze de collectie dit jaar uitgebreid met, naast traditioneel zwart, onder andere roze. En die roze, die had ik uitgekozen voor De Vrolijk.

Op Koninginnedag vertrokken wij, hoewel een groot deel van de mensheid ons voor gek zou verklaren omdat het tien graden was en de rest van de week de voorspelling niet veel beter, opgetogen naar de camping waar wij twee jaar terug in een hittegolf stonden. Na J’s verjaardag gevierd te hebben 1 mei was het zover en schreef ik de belevenissen tot dan op in Mijn Roze Moleskin. Ik schreef over ons zestien meter overdekt terrein, de kleumende gasten, de toch verschijnende zonnestralen en de avondgasten met jassen van schaamhaar van Chinchilla’s. De daaropvolgende dagen schreef ik meer. Over sokken aan in bed, bowlen bij Bousema, het kampioenschap van Twente, opwarmen bij de hetelucht-inlaat van de bakker, bier en bitterballen, speksteenovens en meisjes met zwavelstokjes. Op donderdag, een stralende dag waarop wij ons koesterden in de zon, bleek het weer ’s avonds te kenteren naar regen. En dus besloten wij, terwijl ik zat te schrijven, op te breken. Ik legde Mijn Roze Moleskin op mijn stoel en begon met het inpakken van het kampement: fout 1. Halverwege het inpakken zag ik bij het uitdragen van mijn spullen, het boekje niet meer op de stoel liggen en dacht ‘ah, dat heeft hij zeker al ingepakt’: ernstige fout 2 – hoe kon ik hierop vertrouwen. Thuisgekomen vroeg ik aan mijn echtgenoot waar hij Mijn Roze Moleskin had gestopt: “Die heb ik bij die stapel kranten gelegd”. Mijn hart begon al wat harder en hoger te kloppen. Tussen de kranten nergens te vinden, dus F & J gebeld. Maar bij hen was Ze ook niet. In ware paniek doorzocht ik een dag lang alles, rukte bodems uit klerentassen, schudde slaap- en tentzakken uit, doorzocht ik vierentachtig keer dezelfde plekjes in de hoop dat Ze toch onder de bijrijderstoel van de auto was geschoven, per ongeluk. Niets. De fietsen stonden nog op De Vrolijk en met lood in mijn hart maar een klein sprankje hoop ging ik mee om te vragen of er iets gevonden was. Nee, en Harm deed elke dag direct de vuilnis maar ik mocht nog wel even kijken. Onze blauwe zakken waren weg en alleen het oud papier stond er nog. De lege frikadellendoos – waarover F en ik ons eerder in de week al afvroegen welke gek op de camping zelf frituurt – was er wel. Maar niet Mijn Roze Moleskin. Harm kwam te hulp. We mochten ook wel even in de grote container kijken, twee kilometer verderop. Binnen vijf minuten stonden wij bovenin die enorme container onze zakken leeg te halen. Wij vonden niets.

Als je de zachte kaft van je Moleskin omslaat en de eerste bladzijde ziet, staat daar in zachtgrijze letters: In case of loss, please return to en dan een paar zachtgrijze lijntjes voor je personalia met als laatste: As a reward: $................... Ik heb dit gekscherend 1 mei ingevuld en het dollartekening veranderd in € 50.-. In principe ben ik tegen armoede maar hoop nu uit de grond van mijn hart op een Indiaas straatkind dat moet leven van wat hij her en der bij elkaar scharrelt tussen de puinhopen en dat heel erg op mijn geld zit te wachten.